de tijd verzitten 1.0
nietsdoen; de tijd verdoen
Algemene voorbeelden
Steegman zou graag blijven en kijken met zijn vader; de heerlijke lijzigheid van de vlakke Touretappe. De tijd verzitten. Niets hoeven. Vakantiebeelden en een massaspurt. Maar om halftwee moesten ze terug zijn.
Het huidige college heeft de tijd verzeten, aldus de VVD.